Visie en Koers
In onze koers is het onderwijs leidend. Onze missie, de onderwijskundige koers en onze thema’s bepalen hoe we invulling geven aan de gebieden strategie, interne organisatie, personeel, financiën en huisvesting. Alles staat met elkaar in verbinding. Bij het maken van ons beleid hebben we gewerkt met drie vragen die duidelijk maken waar we op het gebied van onderwijs voor staan: de waarom-vraag, de hoe-vraag en de wat-vraag. Het ‘waarom’ is beschreven in onze missie:
Wij begeleiden jongeren in hun ontplooiing tot zelfbewuste, zelfredzame en verantwoordelijke volwassenen die zich blijven ontwikkelen. Met vertrouwen in zichzelf, anderen en de toekomst vinden zij een bij hen passende plaats in de maatschappij.
Op grond van deze koers en evaluaties heeft elke school van Pleysier College een eigen schoolplan opgesteld voor de beleidsperiode 2023-2027.
We realiseren onze missie door te werken met thema’s:
- Zelfvertrouwen: Jongeren die zich competent voelen zijn in staat om te (blijven) leren, te reflecteren op zichzelf en om te gaan met veranderingen.
- Realistisch toekomstbeeld: Onze leerlingen moeten zich enerzijds bewust worden van hun kracht en kwaliteiten en anderzijds leren omgaan met hun beperkingen. Het ontwikkelen van een positief zelfbeeld en een realistische kijk op de eigen toekomstmogelijkheden zijn cruciale doelen van ons onderwijs.
- Eigenaarschap: Het vertrouwen eigenaar te kunnen zijn van het eigen leerproces is nodig om met tegenslagen om te kunnen gaan en in onze snel veranderende samenleving in staat te zijn om te blijven leren: toekomstbestendig leren.
- Zelfredzaamheid: Zelfredzaamheid en zelfstandigheid zijn nauw met elkaar verbonden. Het is de opdracht van onze school om de leerlingen te ondersteunen bij hun ontwikkeling naar zelfredzaamheid.
Onze scholen
Het Pleysier College biedt onderwijs aan leerlingen van 12 tot 20 jaar. Onze scholen delen een gezamenlijke missie en visie, maar hebben elk hun eigen aanbod en expertise: iedere jongere zijn eigen toekomst.
Werken aan je toekomst!
Bestuur en toezicht
College van Bestuur
Het College van Bestuur is eindverantwoordelijk voor de kwaliteit van het onderwijs, de leerlingzorg en de bedrijfsvoering, stelt de kaders van het beleid vast en is leidinggevende van de directeuren. Het College van Bestuur wordt gevormd door mevrouw J. (Judith) Rook
Raad van Toezicht
Het Pleysier College kent een scheiding tussen de bestuurlijke en de toezichthoudende bevoegdheden. De bestuurlijke bevoegdheden en verantwoordelijkheden zijn belegd bij het College van Bestuur, de toezichthoudende verantwoordelijkheden bij de Raad van Toezicht. De Raad van Toezicht vervult ook de werkgeversrol ten opzichte van het College van Bestuur.
De Raad van Toezicht bestaat uit 5 leden.
- mevrouw drs. J. (Jeannette) de Vries, voorzitter
- de heer drs. C.P.J.M. (Kees) Kuijs, vice-voorzitter
- de heer mr. drs. P.R. (Paul) Slier
- de heer J.W. (Jan-Willem) van Doorn
- de heer E.S. (Erwin) Devilee
Medezeggenschap
Medezeggenschap wordt binnen het Pleysier College in een centrale medezeggenschapsraad (MR) met deelraden per school gerealiseerd. De MR is het (bovenschoolse) medezeggenschapsorgaan en behandelt onderwerpen die van gemeenschappelijk belang zijn voor de aangesloten scholen behorend tot het Pleysier College. Dit in tegenstelling tot de deelraad die op schoolniveau handelt. De MR heeft advies- en/of instemmingsbevoegdheden ten aanzien van voorgenomen nieuw beleid en wijzigingen in het bestaande beleid. Besproken onderwerpen van afgelopen jaar zijn te vinden in het jaarverslag.
Naast de overlegmomenten van de MR met het College van Bestuur zijn er ook twee overlegmomenten met de Raad van Toezicht. De MR bestaat uit maximaal 10 leden, gelijkmatig verdeeld over de ouder- en personeelsgeleding. Het streven is om vanuit de MR van elke school een vertegenwoordiging te hebben.
Contact opnemen met de MR kan via mr@pleysier.nl
Geschiedenis
De wet op de leerplicht van 1901 had ervoor gezorgd dat alle kinderen, ongeacht hun handicap of problematiek, naar school moesten. Dat gaf aanvankelijk problemen op de reguliere scholen, waardoor de vraag naar speciale onderwijsvoorzieningen groeide. In de Lager Onderwijswet van 1920 werd daarin voorzien. Er bleef echter een categorie leerlingen over die zonder zwakzinnig, lichamelijk gehandicapt of ernstig gedrag gestoord te zijn, vastliepen in het normale onderwijs. Deze kinderen kwamen vaak ten onrechte toch terecht in instellingen voor zwakzinnige kinderen. Mevrouw Pleysier trok zich al in de jaren voor de oorlog het lot van deze kinderen aan. Ze richtte in haar huis in de Perchoncherstraat te Den Haag een schooltje op waar lager onderwijs werd gegeven. Veel jonge kinderen konden vanaf 1950 terecht bij het LOM-onderwijs, maar voor het voortgezet onderwijs ontbraken nog passende voorzieningen. De school van mevrouw Pleysier voorzag daarin.
De Mammoetwet dreigt een einde te maken aan het onderwijs op de particuliere basis aan kinderen die nog leerplichtig waren. De school van mevrouw Pleysier had zich echter inmiddels zo’n belangrijke plaats verworven binnen de geestelijke gezondheidszorg en het speciaal voortgezet onderwijs in de regio Den Haag, dat de minister van Onderwijs haar dispensatie verleende voor het geven van onderwijs voor zolang zij zelf de school zou leiden.
Op 21 april 1984 overleed mevrouw Pleysier. Kort daarvoor, op 1 januari 1984, had de school de vorm van een stichting aangenomen: de stichting J.C. Pleysierschool. Het bestuur was samengesteld uit door mevrouw daartoe uitgenodigde ouders en deskundigen die na haar overlijden de school wilden voortzetten en erna streef de officiële erkenning een rijkssubsidie te verkrijgen. In 1986 kreeg de school ook deze formele erkenning.
In navolging van juf Pleysier is onze onderwijsvisie: ‘Iedere jongere zijn eigen toekomst’. Elke leerling is anders en maakt zijn eigen ontwikkeling door. Op het Pleysier College bieden we al ruim 75 jaar zoveel mogelijk onderwijs op maat aan en bepalen we samen met leerlingen en ouders realistische doelen. Wij zorgen dat ze in staat zijn om van toekomstige tegenslagen te leren. Niet alleen op onze scholen, maar ook tijdens hun verdere school- en arbeidscarrière